Diëtist aan het woord
Ouderen krijgen te weinig zorg
Door: Leoni den EngelsmanOnlangs was er weer een bericht in het nieuws: ‘Ouderen krijgen te weinig zorg thuis’.
In het artikel wordt beschreven dat huisartsen en wijkverpleegkundigen ondervraagd zijn en dat een groot gedeelte zich zorgen maakt om de oudere bevolking. Zij krijgen te weinig professionele hulp thuis en te weinig mantelzorg. Als bijvoorbeeld de kinderen ver weg wonen, moeten ouderen zelf betalen om extra hulp te krijgen of ze moeten een hele goede buur hebben die nog wat kan betekenen.
Het verdwijnen van bijvoorbeeld een dagopvang betekent vaak dat de oudere minder goed gaat eten en drinken. En dit is iets wat wij in de dagelijkse praktijk vaak tegen komen.
Wat ik vaak hoor van patiënten is dat zij weinig eetlust hebben en vermoeid zijn. Als er dan geen of weinig mantelzorg is, nemen zij niet meer de moeite om nog een maaltijd te bereiden. Zelfs een magnetronmaaltijd nemen zij niet altijd; ze nemen de moeite niet of ze vinden het niet lekker. Een maaltijdservice heeft vaak ook nadelen voor de oudere. Bovendien blijft het grootste probleem bestaan: eenzaamheid! Alleen eten vindt men niet gezellig, dus wordt er snel een boterham gepakt. Er zijn wel initiatieven in de wijk, denk eens aan Resto VanHarte. Echter, deze initiatieven bereiken niet alle ouderen.
Er is helaas geen snelle oplossing voor dit probleem. Als diëtist proberen we een kleine bijdrage te leveren aan de zorg voor deze oudere patiënt. Zo bakte mijn collega onlangs een portie patat voor een patiënt, gewoon bij hem thuis. Meneer wilde dit zo graag weer eens eten, maar durfde dit zelf niet meer te doen. Of we drinken gezellig een kopje koffie tijdens het gesprek en nemen bijvoorbeeld eens wat lekkers mee. Voor ons een kleine moeite en voor de patiënt vaak een groots gebaar.